Het spel begint met een "Tri-peak" tableau speelveld met een voorraad- en afvalstapel. Er wordt een standaard kaartspel van 52 kaarten gebruikt. Het tableau heeft 28 kaarten met 10 open kaarten onderaan om te beginnen. Eén kaart start de afvalstapel en de rest zijn voorraadkaarten. Het doel is om de afvalstapel te bouwen door zo snel mogelijk alle kaarten van het tableau te verwijderen voor maximale punten. Het verwijderen van de "pieken" is het belangrijkste aandachtspunt voor de puntentelling. De regels zijn eenvoudig, elke kaart die volledig open op het tableau ligt (dus geen kaart die het aan beide kanten blokkeert) kan van het speelveld worden verwijderd. Met de bovenste kaart van de aflegstapel kan de kaart in directe oplopende of aflopende volgorde worden verwijderd, ongeacht de kleur. D.w.z. als de bovenste kaart een 8 is, kan een 7 of 9 worden weggenomen en de cyclus gaat verder. Een Aas kan ook worden weggenomen via een 2 of een Koning. Als er geen kaarten kunnen worden weggenomen met de bovenste kaart van de aflegstapel, dan mag een voorraadkaart worden getrokken om verder te bouwen. Als zowel de voorraad- als de afvalstapel volledig zijn opgebruikt en er geen kaarten meer van het speelveld kunnen worden verwijderd, eindigt het spel. Het spel is pas echt gewonnen als alle kaarten volledig van het tableau naar de aflegstapel zijn verplaatst. Om dit te bereiken moet de speler de meest efficiënte manier vinden om de kaarten snel achter elkaar van het speelveld te verwijderen.